UNICEF: Situatie voor kinderen in de noodopvang onhoudbaar

9 mei 2022

De grens is bereikt voor kinderen in de noodopvang, stelt UNICEF Nederland. Kinderen zijn de dupe van de aanhoudende crisis in de opvang van vluchtelingen. Dat is schadelijk voor de ontwikkeling van de 2.073 kinderen in de noodopvang. ‘Deze kwetsbare kinderen hebben recht op een plek waar ze zich veilig en beschermd voelen. De Nederlandse overheid heeft de plicht daar voor te zorgen.’  

UNICEF sprak met kinderen over hun ervaringen in de noodopvang. Deza (11): 'Door al het lawaai kan ik soms niet slapen'.

UNICEF sprak met kinderen over hun ervaringen in de noodopvang. Deza (11): 'Door al het lawaai kan ik soms niet slapen'.

UNICEF sprak met kinderen over hun ervaringen in de noodopvang. Deza (11): 'Door al het lawaai kan ik soms niet slapen'.

‘We zien hoe de situatie voor kinderen in de noodopvang week na week verder verslechtert, ondanks eerdere noodkreten en toezeggingen. Hulporganisaties, maar ook COA dat de opvang uitvoert, laten weten dat dit echt niet meer kan. En toch worden er weer tenten neergezet die ongeschikt zijn voor kinderen, zoals kort geleden in Soesterberg. Er verandert niets', zegt Suzanne Laszlo, directeur van UNICEF Nederland. ‘We laten deze kinderen aan hun lot over. Dat moet de Nederlandse overheid zich aantrekken. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft ons eerder laten weten zich te bekommeren om de situatie van kinderen in de asielopvang. Het is tijd om de daad bij het woord te voegen. Voor het ministerie van Justitie en Veiligheid, maar ook voor het ministerie van Binnenlandse Zaken en gemeenten.’ 

UNICEF roept op om kinderen voorrang te geven bij overplaatsing van grootschalige noodlocaties naar kleine opvanglocaties waar wel ruimte is om gewoon kind te zijn. Daarnaast wil UNICEF dat kinderen in de noodopvang voldoende zorg en psychosociale hulp krijgen en naar school kunnen. De vele verhuizingen leiden tot aantoonbare schade voor hun ontwikkeling, maar ook dat kinderen niet (meer) de zorg krijgen die ze nodig hebben en weer van school moeten wisselen. Of niet meer naar school kunnen als er geen geschikt onderwijs in de buurt van de noodopvanglocatie is.  

De situatie in de noodopvang is voor kinderen al maanden schadelijk en ongeschikt. Zij moeten met honderden anderen in overvolle opvanglocaties in tenten verblijven. Dat zorgt voor gevoelens van onveiligheid en angst. Dit blijkt ook uit de gesprekken die UNICEF met kinderen in de noodopvang heeft gevoerd. Nala (16) vertelt: ’Er is geen deur in onze kamer. We blokkeren daarom ‘s nachts de opening, omdat er anders een vreemde aan je bed kan staan.’  

Op sommige plekken is er geen privacy, zelfs niet in de wasruimtes, of een plek voor kinderen om te spelen of zich terug te trekken. ‘We zitten meestal op de grond bij de kamer omdat hier geen plek is om te spelen’, vertelt Eren (6). Het ontbreekt in de noodopvang aan onmisbare basisvoorzieningen voor kinderen, zoals veiligheid, begeleiding en psychosociale hulp. Dit bevestigt alleenreizende Karam (16) uit Syrië: ‘Ik heb niemand om mee te praten en er is hier geen plek om even alleen te kunnen zijn.’ 

De huidige situatie is onhoudbaar en niet meer uit te leggen, vindt UNICEF. De noodopvang voldoet niet aan de minimumeisen voor opvang van kinderen die op de vlucht zijn. Suzanne Laszlo: ‘Deze kinderen hebben al zo veel meegemaakt. Zij hebben een stabiele, rustige en veilige omgeving nodig om op te groeien. In plaats daarvan komen ze terecht in een opvangcrisis die de schade nog groter maakt.’ 

UNICEF sprak tussen januari en mei van dit jaar met kinderen op verschillende noodopvanglocaties, waaronder Leeuwarden, Zeist en Duiven. Uit die gesprekken blijkt dat ouders zich zorgen maken over de veiligheid van hun kinderen en ’s nachts wakker blijven om de slaapruimte te bewaken. Kinderen zelf vertellen over het verhuizen van plek naar plek, dat ze soms geen toegang hebben tot onderwijs of zorg en over de stress, angst en onzekerheid die zij ervaren.