Bijna twee derde van de kinderen die niet zijn ingeënt, woont in landen die te maken hebben met conflicten. Dit concludeert UNICEF voorafgaand aan de Wereld Vaccinatie Week.
Van de conflictlanden heeft Zuid-Soedan met 61 procent het hoogste percentage niet-ingeënte kinderen. In Somalië is 58 procent niet ingeënt en in Syrië leeft 57 procent van de kinderen zonder inentingen.
“Conflicten creëren de ideale omgeving voor de uitbraak van epidemieën,” zegt Robin Nandy, hoofd van het vaccinatieprogramma van UNICEF. “Kinderen lopen vaccinaties mis omdat de reguliere gezondheidszorg niet meer goed kan functioneren. Zelfs wanneer medische diensten wel beschikbaar zijn, zorgt onveiligheid in het gebied er vaak voor dat deze diensten kinderen niet bereiken.”
Mazelen, diarree, luchtweginfecties en ondervoeding zijn de belangrijkste oorzaken van ziekte en sterfte tijdens de kindertijd. In conflicten en noodsituaties kunnen deze effecten verergeren. Van kinderen die mazelen krijgen in gebieden die niet zijn getroffen door conflicten, overlijdt minder dan 1 procent.
In gebieden waar overbevolking en ondervoeding heerst, zoals in vluchtelingenkampen, kan kindersterfte door mazelen echter oplopen tot maximaal 30 procent van de gevallen. Overbevolking en gebrek aan basisbehoeften zoals voedsel, water en onderdak maken kinderen extra kwetsbaar voor ziektes.
In conflictgebieden worden zorgverleners vermoord en medische faciliteiten, voorraden en apparatuur vernietigd met desastreuze effecten op de gezondheid van kinderen.
Vaccineren, in het bijzonder tegen de zeer besmettelijke mazelen, heeft een hoge prioriteit in humanitaire noodsituaties en vormt een centraal onderdeel van het werk van UNICEF om de gezondheid van kinderen te beschermen.
In noodgevallen en conflicten werkt UNICEF samen met partners om de levering van vaccinaties en andere essentiële medische benodigdheden te herstarten. Ook zorgt UNICEF dat gezondheidsteams kunnen terugkeren, dat zorgpersoneel opgeleid wordt om te kunnen vaccineren, ondervoedingsonderzoek te doen, vitamine A-supplementen te verspreiden en medische behandelingen uit te voeren voor vrouwen en kinderen.
Vaccinatie in conflictgebieden helpt om andere basisgezondheidszorg opnieuw op gang te brengen. In bijvoorbeeld Irak, Syrië en Jemen bieden zorgverleners gezondheidszorg, extra voeding en specifieke zorg voor kinderziektes aan bij mensen die naar een vaccinatiecampagne toe komen.
“Kinderen die getroffen zijn door conflict, komen terecht in een neerwaartse spiraal van ontbering die hen hun gezondheid en daarmee hun toekomst ontneemt. Vaccinaties kunnen helpen deze vicieuze cirkel te doorbreken,” zegt Nandy. “Vaccinatie is onmisbaar en vereist bescherming door alle partijen die betrokken zijn bij een conflict.”