UNICEF: 7 op de 10 jongeren is bang voor oorlog in Nederland

7 oktober 2025

69% van de Nederlandse jongeren tussen de 10 en 17 jaar maakt zich zorgen over oorlog in Nederland. Dat blijkt uit een nieuwe peiling van UNICEF onder ruim 1.000 jongeren. Vooral meisjes (73%) en jonge kinderen van 10 tot en met 11 jaar (71%) geven aan gevoelens van angst en verdriet te ervaren.

Jongen met een grijze trui op een bankje buiten, met zijn hoofd in zijn handen

Beelden in de media als belangrijkste oorzaak 

De belangrijkste aanleiding voor de zorgen van jongeren is wat zij tegenkomen in de media. Schokkende beelden en berichten op zowel televisie (65%) als sociale media (44%) spelen daarbij de voornaamste rol, maar ook berichten vanuit de overheid (34%) over de noodzaak tot voorbereiden leiden tot zorgen onder jongeren.  

Wat helpt jongeren? 

Sociale media is voor veel jongeren de plek waar ze naartoe gaan om informatie te verzamelen over wat er speelt in de wereld. Tegelijkertijd geven zij aan juist op sociale media nare beelden te zien die ze helemaal niet willen zien. Veertig procent van de jongeren denkt dat minder nare beelden van oorlogen op sociale media zou kunnen helpen om angstige gevoelens tegen te gaan.   

Daarnaast geven veel jongeren aan dat het zou helpen om op school en thuis meer te praten over hun gevoelens en wat zij gezien hebben. Dat gebeurt nu volgens hen te weinig.  

Verder vindt 29 procent van de jongeren dat de overheid de mening van jongeren serieus moet nemen. Slechts één op de vier jongeren (25%) denkt dat de overheid goed begrijpt wat jongeren nodig hebben om zich veilig te voelen. Vooral oudere jongeren zijn kritisch: bijna de helft (49%) van de 15- tot 17-jarigen vindt dat de overheid tekortschiet. 

Oproep  

Het onderzoek laat zien dat het noodzakelijk is om meer aandacht te schenken aan de impact van conflict op de mentale gezondheid van jongeren en om de gevoelens van jongeren serieus te nemen.  

Directeur van UNICEF Nederland Suzanne Laszlo: “Kinderen zien de beelden uit Gaza, Oekraïne en andere oorlogen, en vragen zich af: kan dit ook hier gebeuren? We moeten veel beter luisteren naar wat kinderen ons vertellen: dat ze bang zijn, dat ze hulp nodig hebben om met die gevoelens om te gaan, en dat ze willen dat volwassenen en de overheid hen serieus nemen.” 

Daarom roepen wij de overheid, maar ook volwassenen thuis en op school op om met kinderen in gesprek te gaan en te luisteren naar wat zij nodig hebben om zich veilig te voelen. Laszlo: “Het is onze taak als ouders, leraren en politici om de gevoelens van kinderen serieus te nemen. Kinderen en jongeren houvast en bescherming geven, moeten we niet zien als betutteling, maar als verantwoordelijkheid.”