Op 15 maart is het negen jaar geleden dat de oorlog in Syrië begon. Kinderen hebben al die jaren het meest geleden onder de gevolgen, blijkt uit een inventarisatie door UNICEF.
Nour in Homs, een stad die nog altijd in puin ligt. Haar verhaal lees je verderop in dit artikel.
© UNICEF/Abdulaziz Al-Droubi
Na negen jaar oorlog is dit de stand van zaken: meer dan 7,5 miljoen kinderen zijn in nood, waarvan 5 miljoen in Syrië. De 2,5 miljoen kinderen die buiten de Syrische grenzen leven, zijn vooral te vinden in buurlanden als Jordanië, Libanon, Turkije en Irak. 82 procent van alle Syrische kinderen die op de vlucht zijn, blijft in de regio.
Jongen in Al-Hol, Noordoost-Syrië. In dit kamp verblijven meer dan zevenduizend kinderen uit ongeveer zestig landen.
© UNICEF/Alessio Romenzi
UNICEF laat in een overzicht zien hoe hoog de prijs is die Syrische kinderen al die jaren hebben betaald. Een aantal voorbeelden (cijfers vanaf 2014):
De in dit artikel genoemde aantallen zijn te vinden in 'Syria 9' (PDF).
Nour (16), thuis in Homs.
© UNICEF/Abdulaziz Al-Droubi
Sinds 2014 zijn er 521 aanvallen geweest op ziekenhuizen en klinieken. De gezondheidszorg in Syrië is door de oorlog gebrekkig en schaars.
Nour (16) kan hierover meepraten. Ze vluchtte in 2011 met haar ouders, broertjes en zusjes uit Homs. Haar moeder overleed een paar jaar later aan de gevolgen van kanker en zelf had ze problemen met haar rechterbeen. Die waren zo erg, dat haar vader haar zelfs terugstuurde naar Homs omdat ze daar naar een ziekenhuis kon voor onderzoeken. 'In 2015 is mijn been geamputeerd en daarna had ik het verschrikkelijk moeilijk. Ik moest met krukken leren lopen en miste mijn vader, broertjes en zusjes.' Die kwamen uiteindelijk terug naar Homs, zodat Nour weer met haar familie is herenigd. Bovendien kon ze dankzij een versneld lesprogramma van UNICEF haar gemiste schooljaar inhalen. 'Ik geef niet zomaar op. Later wil ik psycholoog worden.'
In Syrië krijgen 2 miljoen kinderen geen onderwijs en daarbuiten gaan bijna 1 miljoen kinderen niet naar school. Dat geldt ook voor Safáa, die door het recentelijk opgelaaide geweld in Idlib moest vluchten. Nu woont ze in een tent, moet ze voor haar zusje zorgen en mist ze haar school.
Uit een bovenarmmeting blijkt dat Jana ernstig ondervoed is.
© UNICEF/Alessio Romenzi
Bijna 20.000 kinderen jonger dan vijf jaar zijn ernstig ondervoed. Jana's moeder was ondervoed toen ze van haar beviel en Jana heeft hetzelfde probleem. Ze krijgt in een door UNICEF ondersteunde kliniek in Aleppo speciale voeding om aan te sterken.
Imad (13) is de enige kostwinner van zijn gezin. Hij werkt als automonteur en verdient nog geen 7 euro per week.
© UNICEF/Alessio Romenzi
Een kind dat trouwt is onder de pannen, denken veel Syrische ouders. Vandaar dat vooral meisjes heel jong trouwen. Ook kinderarbeid komt onder Syrische kinderen veel voor. Zo moest Imad (14) drie jaar geleden stoppen met school. Hij werkt nu als automonteur. 'Ik ben de enige kostwinner van het gezin, de rest van mijn familie kan geen werk vinden. Ik verdien nog geen 7 euro per week. Dromen heb ik niet, ik heb geen tijd om daarmee bezig te zijn.'
Hiam (5) woont als Syrische vluchteling in Jordanië. Ze heeft van UNICEF een pakket winterkleding gekregen. Lees ook 'Groeten uit Jordanië'.
© UNICEF/Jordanië
Sinds het begin van de oorlog in 2011 helpt UNICEF Syrische kinderen. Dit hebben we vorig jaar dankzij jouw steun onder meer bereikt: