Dagelijks worden gemiddeld vier scholen of ziekenhuizen aangevallen of bezet door strijdkrachten. UNICEF waarschuwt aan de vooravond van de World Humanitarian Summit, die maandag in Istanbul begint, voor deze zorgelijke ontwikkeling. Aanvallen tegen scholen en ziekenhuizen horen tot de meest ernstige schendingen tegen kinderen. UNICEF vraagt wereldleiders tijdens de top om meer inzet en meer fondsen voor hulp en bescherming aan kinderen in humanitaire noodsituaties en in conflictsituaties schoolgebouwen en zorginstellingen te respecteren.
Foto’s en video’s zijn beschikbaar via : http://uni.cf/23VoIj6
“We moeten alles op alles zetten om kinderen te beschermen in conflictsituaties en een einde te maken aan de straffeloosheid van oorlogsmisdaden tegen burgerdoelen als schoolgebouwen en zorginstellingen”, aldus Marieke Roelfsema, noodhulpexpert bij UNICEF Nederland.
Recent werden scholen in Jemen gebombardeerd en op 27 april werd een ziekenhuis in Aleppo aangevallen. Daarbij kwamen minstens 50 mensen om, waaronder een van de laatste kinderartsen in het gebied.
“Kinderen worden ontvoerd uit hun scholen in gruwelijke omstandigheden in landen als Nigeria en Zuid-Soedan. Ze worden verkracht, of ingelijfd en gebruikt als kindsoldaten”, zei Afshan Khan, directeur noodhulp van UNICEF. “Kinderen worden gedood of verwond op plaatsen waar ze moeten worden beschermd en zich veilig zouden moeten voelen.” UNICEF vindt aanvallen op scholen en ziekenhuizen tijdens conflicten een alarmerende en schandalige trend. Opzettelijke en directe aanvallen op deze faciliteiten en op de gezondheid van werknemers en leraren kunnen worden beschouwd als oorlogsmisdaden. Overheden en andere actoren moeten scholen en ziekenhuizen beschermen door de handhaving van de bepalingen van het internationaal humanitair recht en de internationale mensenrechtenbepalingen.
Staten moeten de ‘Safe Schools Declaration’ ondertekenen, vindt UNICEF. Deze veilige scholenverklaring kwam in 2015 tot stand en is inmiddels door 53 landen ondertekend, waaronder Nederland maar ook door landen in conflict als Nigeria en CAR. Ondertekenaars verplichten zich tijdens een gewapend conflict scholen en universiteiten te beveiligen.
Het laatste verslag van de secretaris-generaal van de VN inzake kinderen en gewapende conflicten documenteerde voor 2014 meer dan 1.500 gevallen van aanvallen op scholen en ziekenhuizen of het militair gebruik van de gebouwen.
• In Afghanistan werden 163 scholen en 38 gezondheidsvoorzieningen aangevallen.
• In Syrië werden 60 aanvallen op onderwijsfaciliteiten geregistreerd, evenals 9 gevallen van militair gebruik van scholen en 28 aanvallen op gezondheidsfaciliteiten.
• In Jemen werden 92 scholen gebruikt voor militaire doeleinden door de strijdkrachten en gewapende groepen.
• In Zuid-Soedan waren er 7 gevallen van aanvallen op scholen en 60 met betrekking tot militair gebruik van scholen.
• Een totaal van 543 educatieve voorzieningen werd beschadigd of vernietigd in de staat Palestina en 3 aanvallen op Israëlische scholen werden geregistreerd.
• Volgens de onderwijsautoriteiten werden in het noordoosten van Nigeria 338 scholen vernield en beschadigd tussen 2012 en 2014.
In het afgelopen jaar hebben de Verenigde Naties verscheidene meertraps-aanvallen op zorginstellingen gezien, waarbij na een eerste aanval ook de eerste hulpverleners die ter plaatse komen gericht worden aangevallen.
Naast materiële schade aan gebouwen hebben conflicten andere verstrekkende gevolgen voor het onderwijsniveau en de gezondheid van kinderen. In Syrië bijvoorbeeld, zorgen aanvallen op ziekenhuizen, het stelen van medische kits en chirurgisch materiaal en het doden van medisch personeel ervoor dat de toegang tot kritische en levensreddende gezondheidszorg voor burgers in de getroffen gebieden dag na dag afneemt.