De Nederlandse regering heeft de afgelopen jarenkrachtig ingezet op de terugkeer van alleenstaande minderjarige vreemdelingen naar hun land van herkomst. Sinds begin2011 heeft UNICEF Nederland dit beleid geëvalueerd. De bevindingenstaan in het rapport "Return of separated children to returnhouses in countries of origin", dat vandaag wordt gepresenteerd.Belangrijkste conclusie: het beleid houdt te weinig rekening met debelangen van het kind zelf en is daarmee in strijd met hetKinderrechtenverdrag.
UNICEF Nederland maakt zich ernstig zorgen over het plan vanNederland en andere Europese regeringen om gebruik te makenvan terugkeerhuizen om minderjarigen naar terug te sturen. Hetterugsturen van kinderen naar hun land van herkomst is in strijdmet het VN-Kinderrechtenverdrag , als niet eerst wordt vastgesteldwat -in het belang van dat kind- de beste oplossing is.
Het Kinderrechtenverdrag bepaalt dat alleenstaande minderjarigevreemdelingen (amv's) allereerst behandeld moeten worden als kinden pas daarna als vreemdeling: hun belangen moeten wordenvastgesteld, hun rechten gegarandeerd.
De afgelopen jaren heeft de Nederlandse regering terugkeerhuizenin Luanda (Angola) en Kinshasa (Democratische Republiek Congo)georganiseerd en gefinancierd. Tot nu toe zijn hooguit vijfkinderen daadwerkelijk via deze weg teruggekeerd naar hun land vanherkomst.
De terugkeerhuizen zijn bedoeld om de kinderen op te vangen endaarna zo mogelijk te herenigen met hun ouders. Momenteel is hetvolstrekt onduidelijk hoe de kinderen in dit proces wordt beschermden welke waarborgen er zijn om te handelen in het belang van hetkind. Of de terugkeer daadwerkelijk het beste is voor het kind,wordt niet onderzocht. Of hereniging met de ouders het kind in eenveilige situatie brengt, wordt niet gecontroleerd. Soms wordt zelfsniet vastgesteld of de ouders die het kind komen halen, weldaadwerkelijk de ouders zijn. Ook is onduidelijk hoe beoordeeldwordt of het kind terugkeert naar een terugkeerhuis in een veiligeomgeving. In een land als Congo is dat maar zeer de vraag.
De Nederlandse regering heeft zich aangesloten bij het EuropeseTerugkeer Platform voor Alleenstaande Minderjarigen (ERPUM), waarinook Noorwegen, Zweden en Groot-Brittannië zitten. Dit platformheeft nu ook plannen voor terugkeerhuizen in Afghanistan enmogelijk in Irak. Een individuele afweging van het belang van hetkind zal volgens UNICEF Nederland hier normaliter niet leiden toteen besluit tot terugkeer en opvang in een terugkeerhuis, gezien demensenrechtensituatie en gewelddadige conflicten in deze landen.UNICEF Nederland heeft in 2011 een landenrapport samengesteld overde situatie van kinderen in Afghanistan waaruit blijkt dat dezeniet voldoet aan de minimumeisen die het Kinderrechtenverdrag steltaan zaken als onderwijs, gezondheid en veiligheid.
Het UNICEF rapport bevat de 'Checklist Kind en Terugkeer':verschillende stappen die gevolgd moeten worden bij terugkeer vankinderen naar hun land van herkomst. Een praktisch middel om tebeoordelen of terugkeer in het belang van het kind is en zo ja, hoedit moet worden georganiseerd op een manier die de veiligheid enrechten van kinderen garandeert.
***
Voor meer informatie:
Jeanet Schuurman
Corporate Communicatieadviseur / Persvoorlichter
UNICEF Nederland
070 333 9 332
06 53989391