Twee emmertjes water halen op Oost-Timor

28 mei 2015 - Desiree Jongsma

Desiree Jongsma is directeur van het UNICEF-kantoor in Oost-Timor. Vorige maand was ze in Oecusse, een enclave die wordt omringd door Indonesisch grondgebied maar bij Oost-Timor hoort.

Desiree

Ze vertelt hieronder over kindvriendelijke scholen, openlucht-wc's, drie ambitieuze kinderen en een oud-Hollands versje.

'Kinderen blijven bij de les op de Eskola Foun'

Ik ben bij de feestelijke opening van twee nieuwe scholen. De bouw ervan is betaald door Australian Aid. De kinderen zingen mooi en de toespraken zijn (gelukkig) redelijk kort. De scholen zijn kindvriendelijk (of - op z'n Timorees - 'Eskola Foun'), een principe dat door UNICEF breed wordt uitgedragen en ondersteund. Kindvriendelijke scholen zijn meer dan alleen gebouwen waarin kinderen les krijgen. De onderwijzers stellen de leerlingen centraal, zodat die actief kunnen meedoen aan de lessen. De scholen hebben bovendien een goed bestuur, zijn veilig en hebben voorzieningen voor schoon drinkwater en wc's. Ook worden de ouders van de leerlingen nauw betrokken bij wat er op de scholen gebeurt. "Dankzij Eskola Foun vinden kinderen het leuker om naar school te gaan," zegt een schooldirecteur tijdens een bijeenkomst die ik later die dag bijwoon. "Daardoor leren ze meer en halen ze betere cijfers."

Klas 540

'Weg met de openlucht wc's'

De inwoners van het dorp Bihale willen binnen twee maanden een einde maken aan een oude gewoonte: plassen en poepen in de openlucht. Ze gaan dat voortaan op latrines doen en met een ludiek spelletje onderstrepen ze hun voornemen. Het ministerie van Gezondheid, een aantal ngo's en UNICEF helpen de dorpelingen zich aan deze afspraak te houden. De volwassenen van Bihale krijgen bovendien hulp van de kinderen in het dorp; die zullen erop letten dat ze niet alleen de latrines gebruiken, maar na afloop ook hun handen wassen.

Kinderen 540

"'Op kamers' in Boacnana"

In het dorpje Boacnana bekijk ik watertappunten die UNICEF samen met de dorpelingen heeft gebouwd. Ze zien er goed onderhouden uit; 165 huishoudens in de wijde omgeving maken er gebruik van. Bij de tappunten ontmoet ik de zussen Grandiana (16) en Amelia (13) en hun broer Flavino (15). Zij wonen 'op kamers' in het dorp. Grandiana is best trots op hun zelfstandige bestaan. "Onze ouders wonen met onze twee jongste broers in Citrana, vijf kilometer hiervandaan. Ze hebben daar een boerderij." Doordeweeks gaan Grandiana, Flavino en Amelia in Boacnana naar school (in Citrana is geen onderwijs op hun niveau) en in de weekenden wonen ze bij hun ouders. Dat gaat prima en dat is voor Flavino weer reden om trots te zijn. "We halen goede cijfers en thuis doen we bijna alles zelf, zoals koken." De zussen en broer willen later een goede baan. Grandiana wil arts worden en Amelia professor. Flavino twijfelt nog over zijn beroepskeuze, maar hij weet wel zeker dat hij later iets voor voor zijn land en familie wil doen.

Emmerwater 540

'Beetje gek'

Vlak voor mijn vertrek, vragen Grandiana en Amelia of ik samen met hen water wil halen. De schooldag is voorbij en ze gaan het avondeten klaarmaken. Flavino doet niet mee, hij wast liever af. Terwijl de meisjes twee emmers vullen, denk ik aan het kinderliedje 'Twee emmertjes water halen'. Als ik het aan hen voorzing, kijken ze me aan of ik een beetje gek ben. Maar als de tolk het versje voor hen vertaalt, vinden ze het toch leuk. Met de tappunten zijn Grandiana en Amelia blij. In Citrana ligt de dichtstbijzijnde pomp een kilometer van hun huis. Dat er latrines vlakbij hun huisje in Boacnana staan, vinden ze ook fijn. "Dat is een veilig idee, vooral 's avonds en 's nachts is het eng om buiten je behoefte te moeten doen," zegt Amelia.

Water 540

'Terug naar Dili'

Op de terugweg naar de hoofdstad Dili denk ik na over mijn bezoek aan Oecusse. Oost-Timor is een jong land en staat voor flink wat uitdagingen. Onderwijs, schoon water, sanitaire voorzieningen, hygiëne, bescherming van kinderen, gezondheidszorg en (vooral) goede voeding: op al deze terreinen moet er veel gebeuren. Maar ik zit vol nieuwe energie dankzij het besef dat de bevolking zelf de armoede en ongelijkheid in Oost-Timor kan verminderen én uitzicht heeft op een toekomst vol mogelijkheden.