Asielopvang voelt onvoldoende veilig voor kinderen

18 mei 2021

Ondanks een aantal verbeteringen die de afgelopen jaren door het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) zijn doorgevoerd, zijn er signalen dat kinderen zich niet veilig voelen in de Nederlandse asielopvang. Ze ervaren constante stress en hebben geen toegankelijk vertrouwenspersoon waar zij terecht kunnen met hun zorgen. Ook het steeds onverwachts verhuizen naar een andere opvanglocatie is nog altijd een probleem. Dit blijkt uit het eerste monitorrapport ‘leefomstandigheden van kinderen in de asielopvang’, dat de Werkgroep Kind in azc vandaag publiceert.

Het monitorrapport biedt inzicht in de leefomstandigheden van 22 kinderen (6-11 jaar), 29 jongeren (12-17 jaar) en 22 ouders in drie asielzoekerscentra en een gezinslocatie in Nederland. Ook zijn 29 COA Contactpersonen Kind (CPK) gevraagd om inzicht te bieden in de signalen die zij krijgen vanuit de locaties. Het monitorrapport telt in totaal 52 aanbevelingen en wordt vandaag overhandigd aan Bart-Jan ter Heerdt, directeur Migratiebeleid bij het ministerie van Justitie en Veiligheid.


Gevoelens van onveiligheid door gebrek aan privacy

Gebrek aan privacy komt als groot probleem naar voren in de monitor en zorgt ervoor dat ouders en kinderen zich onveilig kunnen voelen op een azc. Families en alleenstaanden wonen door elkaar heen in één gebouw en delen de voorzieningen, met regelmatig geluidsoverlast, onderlinge spanningen en incidenten tussen bewoners tot gevolg. Op gezinslocaties ervaren kinderen daarnaast constante stress vanwege de dreigende detentie en uitzetting, van zichzelf en van hun vriendjes. "Kinderen krijgen alles mee," zegt Arja Oomkens, coördinator van Werkgroep Kind in azc, "ook zaken die helemaal niet voor hun ogen en oren bedoeld zijn. Ze hebben geen kans om kind te zijn."


Geen vast aanspreekpunt

Uit de monitor blijkt ook dat ouders en kinderen hun zorgen en gevoelens van onveiligheid vaak niet uiten aan medewerkers van het COA. "Dat is logisch te verklaren," zegt Maryam, die voorheen zelf op een azc woonde en als ervaringsdeskundig onderzoeker betrokken is bij het onderzoek. "Als bewoner op een azc heb je het gevoel dat alles wat je zegt, tegen je gebruikt kan worden in de asielprocedure. Kinderen durven ook niet zomaar op COA-medewerkers af te stappen om hun verhaal te doen, waardoor ze het maar voor zich houden. Daarbij komt nog dat kinderen zich niet altijd gehoord en serieus genomen voelen, als ze hun verhaal wél besluiten te doen bij een COA-medewerker."

Volgens het COA zijn alle medewerkers aanspreekpunt, en zijn er diverse medewerkers actief in de rol van CPK. Zij zijn verantwoordelijk voor de coördinatie van het activiteitenaanbod op de opvanglocatie en hebben een ‘overall view’ op het welzijn en de veiligheid van kinderen. Uit de monitor blijkt echter dat de rol van CPK’s nog onvoldoende verankerd is in de verschillende opvanglocaties.