Op bezoek in het grootste pakhuis van de wereld
In de haven van de Deense hoofdstad Kopenhagen staat een pakhuis van drie voetbalvelden groot. UNICEF verzendt vanaf deze plek hulpgoederen naar kinderen. Het gaat bijvoorbeeld om vaccins, voeding, schoolspullen en zelfs complete veldhospitalen.
UNICEF’s pakhuis is het grootste pakhuis ter wereld waarin hulpgoederen worden opgeslagen. Mensen en robots maken in dit immense gebouw zeven dagen per week bestellingen klaar voor verzending, die met pallets tegelijk de deur uitgaan. Maar Kopenhagen is niet de enige plek waar UNICEF pakhuizen heeft. Dankzij strategisch gekozen opslaglocaties in Dubai, Panama en Shanghai kan UNICEF kinderen overal in de wereld snel met hulp bereiken. In de landen waar UNICEF kinderen helpt, hebben veldkantoren ook zelf kleinere magazijnen waarin ze hulpgoederen opslaan.
Met de boot of het vliegtuig
Als kinderen in directe nood zijn (denk aan een overstroming of aardbeving), gaan hulpgoederen per vliegtuig naar hen toe. De goederen worden met een boot vervoerd als ze voorraden moeten aanvullen, want daar is minder haast bij. Na aankomst op een vliegveld of in een haven, begint het moeilijkste deel van de reis. De goederen moeten vaak een gevaarlijke tocht maken. De route voert door oorlogs- of rampgebieden, over bergen, door jungles of woestijnen. Dat gebeurt per vrachtwagen of jeep, maar vervoerders nemen net zo goed de brommer, fiets of ezel, of gaan met hun kostbare vracht naar hun eindbestemming lopen.
Niet alles hoeft van ver te komen. In bijvoorbeeld Jordanië koopt UNICEF dekens in bij lokale leveranciers, net als kinderkleding en tenten. Dat heeft meerdere voordelen: vanwege de kleinere reisafstand is het vervoer minder belastend voor het klimaat en krijgen kinderen snel wat ze nodig hebben. Bovendien is lokale inkoop goed voor de lokale economie.