Veel basisschoolleerlingen geven geld uit bij het spelen van online games. De meerderheid van hen heeft achteraf spijt van hun aankoop. Dat blijkt uit de antwoorden van bijna 188 duizend leerlingen van basisschoolen in Nederland.
© UNICEF/van Bergen
UNICEF Nederland stelde vragen aan leerlingen van groep 5/6 en 7/8 over gamen, online pesten, het online publiceren van foto's en nepnieuws. De vragen werden aan de leerlingen gesteld tijdens de MediaMasters, een serious game, die tijdens de Week van de Mediawijsheid door ruim elfduizend klassen werden gespeeld.
We vroegen 188 duizend leerlingen of ze wel eens dingen kopen tijdens het spelen van een game, en ruim 92 duizend leerlingen gaven aan dit te doen. Van die groep had de meerderheid achteraf spijt van die aankoop. Het gaat dan om bijvoorbeeld het kopen van ‘lootboxes’ (verrassingspakketten), of extra avatars bij spellen zoals Fortnigt, Roblox of Brawl Stars.
“Veel van deze games zijn gratis, maar om echt verder te komen in het spel heb je vaak meer nodig. Dan neemt de druk toe om dingen te kopen. Dat kan zelfs verslavend werken. Terwijl: het gaat hier om kinderen die soms nog maar in groep 5 zitten”, zegt Suzanne Laszlo, directeur UNICEF Nederland. “Games kunnen een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van kinderen, maar moeten dan wel in het belang van kinderen worden ontworpen.”
Een andere vraag die aan de leerlingen werd gesteld is of ouders hun kinderen om toestemming zouden moeten vragen voor ze online een foto van hun kind delen. Daarop geeft een overgrote meerderheid van de kinderen aan dat ze dit graag willen. In de praktijk gebeurt dat nog lang niet altijd.
Bij de vraag over online pesten geeft de meerderheid van de kinderen aan dat ze dit onderwerp bespreken met een vertrouwde volwassene. Toch zeggen bijna 36.000 kinderen niet goed te weten met wie ze dit kunnen bespreken.
“Jongeren in Nederland vinden (online) pesten een van de grootste problemen van dit moment, zo bleek eerder dit jaar uit het jaarlijkse UNICEF-Jongerenadvies. Daarom is het nog slechter dat zoveel kinderen niet weten bij wie ze terecht kunnen als ze iets willen doen tegen pesten”, zegt Lotte Raisifar, specialist kinderrechteneducatie bij UNICEF Nederland.